Wij hebben een kas waar wij de eerste vroege Opperdoezer Ronde in telen. Deze worden vaak rond half april gerooid en elk jaar doen wij ons best om de primeur te bemachtigen!
De oogst van de koude grond sluit hier mooi op aan.
In oktober/november zorgen wij dat het land geploegd of gespit is voor het komende voorjaar.
In maart beginnen wij met het poten van de aardappelen buiten. Om het seizoen iets te vervroegen leggen wij over de eerste banen plastic. Dit houdt de warmte beter vast en bevordert de groei, zodat wij, als het weer meezit rond eind mei kunnen rooien.
Het rooien gebeurd veelal handmatig door scholieren. Wekenlang wordt er hard gewerkt om de aardappelen uit de grond te halen, een erg arbeidsintensieve klus!
Hierna wordt het perceel ingezaaid met een groenbemester, vruchtwisseling is namelijk erg belangrijk voor de grond.
Na het rooien worden de aardappelen bewaard onder de juiste omstandigheden, zodat wij jaarrond kunnen leveren.